Verschillenanalyse begroting 2026
Ten opzichte van de laatste meerjarenraming na de bijstellingen uit de Voorjaarsnota 2025 en de meicirculaire 2025 wijkt het saldo voor 2026 in deze begroting enigszins af van de daarin gepresenteerde saldi voor de komende jaren. Een overzicht van de belangrijkste verschillen met bijbehorende bedragen vanuit de Programmabegroting 2025 naar de Voorjaarsnota 2025 en de Programmabegroting 2026 is ook na de inleiding van deze begroting opgenomen in de hoofdstukken "Begroting in hoofdlijnen" (op de website onder "Algemeen") en "Verschillenanalyse begroting 2025-2026". De voornaamste verschillen ten opzichte van 2025 zijn de volgende:
Voordelen :
- Vrijval van een deel van de bij de mutaties in de meicirculaire 2025 opgenomen stelpost voor loon- en prijsontwikkeling;
- Vrijval van een aantal oude stelposten (2023/2024) voor taakmutaties, die inmiddels al in de budgetten bij de programma's waren opgenomen;
- De taakmutatie voor de zorgplicht voor bibliotheken is alleen voor de jaren 2025/2026. Deze was in het vorige dekkingsplan als structurele last verwerkt.
Nadelen :
- De stelpost voor onvoorziene uitgaven is verhoogd naar € 500.000, door onder andere de structurele inzet van 75% van het ZEH-dividend en de in de meerjarenraming opgenomen stelposten voor WMO en Jeugdzorg;
- Het budget voor Citymarketing was oorspronkelijk incidenteel voor 3 jaren opgenomen. De gemeenteraad heeft in september 2025 echter besloten deze structureel beschikbaar te stellen.
